25 juni 2017
Vanuit het licht stap je een grote verduisterde zaal binnen, overal lichten schermen op en hoor je stemmen. Op bankjes zitten mensen naar de schermen te kijken. Dit is dus Manifesto, de bejubelde filminstallatie van Julian Rosefeldt, waarin actrice Cate Blanchett 12 verschillende rollen speelt in evenveel prachtige films. De teksten die ze uitspreekt hebben niets met de films zelf van doen. Het zijn teksten uit kunstenaarsmanifesten van de 19e en 20ste eeuw zoals Dadaïsten, Futuristen, Dogma95, Jim Jarmusch en vele anderen. Allemaal mannen.
De acteerprestaties van Cate Blanchett zijn fenomenaal, als je het niet weet zie je niet dat dezelfde actrice in alle 12 films te zien is (de dertiende film laat alleen een brandende lont zien). Zij is aandelenhandelaar, CEO, nieuwslezer, een dakloze man, weduwe op een begrafenis, een wetenschapper, een poppenmaakster, arbeidster in een vuilnisverwerkingsfabriek, een lerares op een basisschool en nog meer. Behalve de dakloze zijn alle personages vrouwen. En een dakloze staat buiten de samenleving, hij kijkt ernaar, maar handelt niet. Mannen schrijven, vrouwen doen?
Volgens sommige recensies krijgen de kunstenaarsmanifesten een geheel nieuwe betekenis door de filmbeelden. Ik vond de films zo fascinerend dat de teksten geheel naar de achtergrond verdwenen. Behalve op het moment dat ze in alle films tegelijk op een monotone, declamerende toon worden gesproken. Dan worden ze manifest (in de dubbele betekenis van het woord). Je moet ook wel uit de kunstwereld zelf komen en de manifesten en de kunstenaars die ze schreven kennen, om de confrontatie tussen beeld en tekst aan te kunnen gaan. Een manifestatie voor kunstkenners dus. Ja, het is grappig als de lerares tegen de kinderen in haar klas zegt: Nothing is original, you can steal from everywhere, use your imagination. En de kinderen vervolgens braaf gaan tekenen. Ironie en zelfspot alom als het over kunst en het belang van manifesten gaat.
In een interview zegt de maker dat de meeste manifesten geschreven worden door twintigers die de wereld willen veranderen. En eigenlijk is het nu weer tijd om manifesten te schrijven.
Daarom een eigen kunstmanifest: ik vind dat kunst maatschappelijke waarde heeft. Niet dat elke kunst gericht hoeft te zijn op het creëren van maatschappelijke waarde. Kunst die gericht is op het ambacht zelf of het onderzoeken van het maken van kunst zelf, heeft net zo goed maatschappelijke waarde. Maar artistieke drive en maatschappelijke betrokkenheid kunnen ook zeer goed samengaan. Kunst staat midden in de samenleving. Tegelijkertijd is het noodzakelijkerwijs een apart terrein met eigen regels die nodig zijn om afstand te nemen, om de samenleving te kunnen ontleden, te becommentariëren en daarin te interveniëren en omdat je de eigen methode van werken uit de kunst nodig hebt om artistieke waarde te creëren. Voor de maatschappelijke waarde van kunst maakt de context een groot verschil: waar wordt deze kunst gemaakt, waar wordt die getoond, wie komt daar naar toe (en wie niet) en hoe wordt die ontvangen.
Manifesto plaatst kunstenaarsmanifesten in scenes uit heel verschillende levens. Wat mij betreft verliezen de manifesten en wint het leven. Kunstenaars gaan steeds vaker zelf aan de gang om levens te veranderen. Als je deze films ziet en het publiek wat er komt, is Manifesto vooral van betekenis binnen de kunstwereld, niet daarbuiten. Een nieuw kunstmanifest zou vooral kunnen gaan over de waarde van kunst voor de samenleving, van laten zien, beschouwen, ontleden, becommentariëren, alternatieven bedenken tot handelen. En waar de grens tussen kunst en maatschappij doorlaatbaar en/of opgerekt wordt. Van betekenis zijn in de levens van mensen.